Ruim negen eeuwen Nederlands als moedertaal
Dat ruim twintig miljoen mensen Nederlands spreken is allerminst vanzelfsprekend. In Nederland duurde het lang om van een verzameling dialecten te komen tot een voor iedereen begrijpbare spreek- en schrijftaal. De geschiedenis, met de opstand tegen de Spanjaarden, de stormachtige opkomst van een welvarende Republiek en de reformatie, speelde daarbij in Nederland een grote rol. In België zat het Nederlands lange tijd in het verdomhoekje. Het Frans had veel meer status, ook bij de Vlaamse adel, hogere burgerij en geestelijkheid. Pas in 1993 werd Vlaanderen officieel een eentalig gebied.
Een lange geschiedenis
De eerst bewaard gebleven Nederlandse teksten zijn ruim 900 jaar oud. Hoe oud het Nederlands precies is weten we echter niet. Voor de oudste bewaard gebleven teksten moet er ook iets geweest zijn. Die onbekende periode noemen we de prehistorie van het Nederlands. Na deze periode volgen het Oudnederlands (900-1170), het Middelnederlands (1170-1500) en het Nieuwnederlands (vanaf 1170).
De vorming van een eenheidstaal
In de middeleeuwen was het Diets (de benaming Nederlands werd in de middeleeuwen nog niet gebruikt) een bonte verzameling van allerlei lokale dialecten. De komst van de drukpers, de nieuwe vertaling van de Bijbel, de boeken van bekende auteurs uit de zeventiende eeuw en het vastleggen van de grammatica in allerlei regels hebben gaandeweg geleid tot het ontstaan van een eenheidstaal (een taal die door iedereen werd verstaan en gesproken).
Naar een eenheidsspelling
Lange tijd was er geen eenheidsspelling. In de negentiende eeuw werden door diverse taalkundigen spellingsregels gemaakt. Die regels werden te ingewikkeld gevonden. In 1947 werd in Nederland bij wet de vereenvoudigde spelling Marchant ingevoerd. De spelling werd vastgelegd in het 'Groene Boekje'. In 1995 verscheen, na een spellingswijziging, een nieuw 'Groene Boekje'.
De Nederlandse taal in België
Lang had het Nederlands in België een ondergeschikte positie. Tijdens de kortstondige hereniging van Nederland en België (1815-1830) mislukte de invoering, door Willem I, van het Nederlands als enige officiële taal in zijn koninkrijk, mede door de dominante positie van het Frans. De strijd van de Vlaamse Beweging leidde tot stapsgewijze invoering van het Nederlands in het Vlaamse onderwijs, het leger en bij de overheid.